Begroting 2019 - 2022

Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Weerstandsvermogen

Het weerstandsvermogen is het vermogen van de gemeente om financiële tegenvallers op te kunnen vangen.
De ratio weerstandscapaciteit is een hulpmiddel om het weerstandsvermogen te kunnen meten en bestaat uit de relatie tussen het risicoprofiel (de benodigde weerstandscapaciteit) en de beschikbare middelen om eventuele tegenvallers op te vangen (beschikbare weerstandscapaciteit).

Bij de berekening van de ratio weerstandscapaciteit gelden de volgende beleidsuitgangspunten:

  • De gemeenteraad heeft de risicobereidheid als volgt geformuleerd: " De gemeente Venlo moet geen risicomijdende gemeente zijn. Risico's dienen inzichtelijk gemaakt en genomen te worden. Dit houdt in, het voeren van een risicomanagement waarbij ook naar de dekking wordt gekeken en waarin alle soorten risico's worden weergegeven ".
  • De minimale omvang van de algemene reserve is vastgesteld op € 9 miljoen.
  • De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit:
  • de algemene reserve;
  • de overige bestemmingsreserves;
  • de post onvoorzien;
  • de algemene grondreserve.
  • Gestreefd wordt naar een waarde van de ratio weerstandscapaciteit van minimaal 1,0.
  • De benodigde weerstandscapaciteit wordt berekend door de financiële impact van een risico te vermenigvuldigen met de inschatting van de kans dat het risico zich daadwerkelijk voordoet.
  • De volgende kanspercentages worden gehanteerd bij inschattingen van risico's: 10%, 25%, 50% en 75%.
  • Risico's zijn geprioriteerd op basis van de benodigde weerstandscapaciteit.

Op basis van bovenstaande beleidsuitgangspunten is de ratio weerstandscapaciteit berekend, zie onderstaande tabel:
Ratio weerstandscapaciteit Gemeente Venlo

bedragen x € 1.000

JRK 2017

BGR 2018*

BGR 2019

BGR 2020

BGR 2021

BGR 2022

Algemene reserve

10.533

18.070

23.795

31.508

39.619

46.843

Algemene grondreserve

4.457

5.412

6.438

6.014

5.587

5.156

Overige bestemmingsreserves

8.207

5.175

5.060

5.555

5.625

5.695

Post onvoorzien

434

539

539

539

539

539

Resultaat

-23.656

Ratio weerstandscapaciteit (= A / B)

0,00

0,67

0,82

1,00

1,18

1,34

* Begroting 2018 na wijziging (na actualisatie risico's en reserves t.b.v. BGR 2019).

Zoals te zien is in bovenstaande tabel bereikte de ratio weerstandscapaciteit bij de jaarrekening 2017 een zeer laag peil. Vanwege het forse negatieve jaarrekeningresultaat kwam onze beschikbare weerstandscapaciteit negatief uit.
Wij hebben toen onze algemene reserve versterkt door een herstructurering van ons eigen vermogen: gedeeltelijk zijn de reserves met een inkomensfunctie (afschrijvingsreserves) vrijgevallen ten gunste van de algemene reserve. Het betrof een verschuiving van middelen en dus geen extra geld.
Deze herstructurering van ons eigen vermogen veroorzaakt een groot verschil in de algemene reserve en dus ook in de hoogte van de ratio tussen het jaar 2017 en (de begroting) 2018.

De verwachting is dat de ratio in 2018 en 2019 nog steeds niet boven de 1 zal uitkomen. Dit betekent dat de gemeente - zoals het er nu naar uitziet - in 2018 en 2019 naar verwachting niet over voldoende middelen zal beschikken om eventuele tegenvallers op te vangen.
Uitgaande van gelijkblijvende risico's is de verwachting dat de ratio vanaf 2020 weer het gewenste peil zal bereiken. Dit komt met name doordat bij vaststelling van de Kadernota 2019 is besloten alle voordelen ten gunste te brengen van de algemene reserve ter versterking van het weerstandsvermogen. Hierdoor neemt onze algemene reserve en daarmee onze beschikbare weerstandscapaciteit de komende jaren fors toe.

Toch dient de positieve verwachting van de ratio vanaf 2020 met voorzichtigheid gelezen te worden, vooral omdat het bij een groot aantal risico's op dit moment nog erg lastig is om in te schatten wat de financiële impact zal zijn als deze risico's zich daadwerkelijk voordoen. Bovendien zijn risico's aan veranderingen onderhevig en kunnen er zich in de komende periode weer nieuwe risico's voordoen, waardoor het risicoprofiel er de komende jaren anders uit kan zien.
Er zal strak gestuurd moeten worden op het mitigeren van risico's en op de omvang van de beschikbare weerstandscapaciteit om het weerstandsvermogen op peil te krijgen en te houden.